Keukenprinsessen – Adrie & Riky

Iedere dinsdag staan ze paraat en bezorgen ze de ouderen van Hoogeloon een heerlijke gezamenlijke maaltijd: de dames van de kookgroep. Twee van hen, Adrie Waterschoot en Riky Ansems, vertellen waarom het zo’n succes is en hoe ze door goed teamwork steeds weer iets lekkers en gezonds op tafel zetten.

Adrie: Toen we in 2005 begonnen, kookten we voor 5 tot 6 mensen en stonden we in een klein keukentje. Mijn moeder was één van de eerste gasten. Ze vond het fijn om een keer niet alleen te eten, sinds het overlijden van mijn vader. Inmiddels is de groep vaste gasten uitgegroeid tot ongeveer 30 mensen en hebben we de professionele keuken van het Steunpunt tot onze beschikking. Ook kunnen de gasten tegenwoordig opgehaald en thuisgebracht worden door de vrijwilligers van de chauffeursdienst.

Riky: Ik werd gevraagd om mee te koken toen er een paar vrijwilligers ophielden en er een nieuw groepje bijkwam. Mijn man en ik waren al wel lid van de zorgcoöperatie, vanaf de oprichting. Ik ben opgevoed met het idee dat je samen dingen mogelijk kunt maken voor andere mensen. Daar paste dit helemaal bij. Het principe van de coöperatie is om met veel mensen een kleine bijdrage te betalen, om zorg te kunnen bieden aan mensen die het nodig hebben. Sinds we onze boerderij hadden verkocht, kon ik mijn tijd anders invullen. Ik kook nu alweer een aantal jaren mee en vind het erg leuk.

Grote poule
Adrie:
Elke week kookt er een andere groep van 5 vrijwilligers en ieder kwartaal maken we een nieuwe indeling. Gemiddeld kook je één keer per drie weken. Als je meer of minder wilt koken, kun je dat gewoon aangeven.

Riky: In totaal zitten er wel 20 dames in de poule. Het is een hele leuke groep, de sfeer is erg goed. Als het een keer niet uitkomt, ruilen we onderling onze beurten. In totaal ben ik meestal zo’n 6,5 uur van huis. Dat komt doordat ik ook nog in het strijkgroepje zit, dat na de maaltijd de damasten tafelkleden en servetten wast en strijkt. Daarom is het wel fijn dat we tegenwoordig na het koken zelf ook wat eten. Bovendien proeven we zo tenminste wat we klaargemaakt hebben!

Afwisseling
Adrie: Bieneke van der Pas en ik stellen de menu’s samen. We maken elke week wat anders, maar ik ga niet iedere week opnieuw het wiel uitvinden. Na al die jaren hebben we heel veel recepten om uit te putten. De mensen zelf eten het liefst ‘ouverwetst’, daar houden we wel rekening mee. En ook met hun voorkeuren: we hebben altijd twee soorten groenten en een salade. Niet iedereen houdt nou eenmaal van bloemkool. Het schoonmaken en snijden van de groenten doen we altijd zelf.

Slim inkopen en hergebruiken
Adrie: Vrijwilligster Gonny houdt de voorraad bij en stuurt de boodschappenlijst naar de supermarkt in Vessem. Vlees halen we bij de slager hier in het dorp. Als iemand te veel groenten heeft in zijn tuin krijgen we die weleens aangeboden.

Riky: Er gaat niets verloren. Als we eten overhouden, wordt dat soms de volgende dag gebruikt als maaltijd bij de dagbesteding. Afval van groenten en fruit wordt elke dinsdag opgehaald door een dorpsgenote die hertjes houdt.

Gezellig samen eten
Adrie: De meeste mensen die mee eten zijn alleenstaand, maar we hebben ook enkele echtparen als vaste gasten. Af en toe komen er nieuwe eters bij. Echtparen uit het dorp die 50 jaar getrouwd zijn, krijgen bonnen om een keer mee te komen eten. Sommige mensen kopen bonnen voor de verjaardag van hun vader of moeder. Meestal geven ze er meer dan één, voor het geval dat het eten de eerste keer niet in de smaak valt.

Riky: Zo komen eigenlijk de meeste mensen binnen. Sinds we in het dorp geen supermarkt meer hebben, is het voor veel ouderen lastig om zelf nog boodschappen te doen voor het eten. Ik ben ook vrijwilliger bij de contactgroep: daarmee gaan we ’s winters bij dorpsgenoten van boven de 85 op bezoek. Ik stel mensen dan weleens voor om een keertje mee te komen eten op dinsdag.

Adrie: Met kerst koken we nog uitgebreider voor de mensen, compleet met amuses. De hele kookgroep is dan aanwezig, om te helpen met tafel dekken en de versiering. Het leuke is gewoon dat het met z’n allen is: je zit niet alleen aan tafel.

Toekomst
Adrie: Of er over 10 jaar nog zo’n kookgroep is als nu? Dat vraag ik me ook weleens af. Tijden veranderen. We krijgen wel steeds nieuwe aanwas, maar dat zijn vooral dames van onze leeftijd, die niet meer werken.

Riky: Het is inderdaad nog maar de vraag of er straks voor ons ook gekookt gaat worden, als wij zo oud zijn. Mensen uit mijn omgeving die nog een baan hebben zeggen weleens: ik ga al dat vrijwilligerswerk straks niet doen hoor. Voor mij voelt het niet als ‘moeten’, ik mág gaan koken.